Na Prinsjesdag: welke plannen raken de ondernemer in 2024?
De economie staat onder druk. Al twee kwartalen is er een krimp, sommige deskundigen spreken van een milde recessie. Juist in deze tijden moet het ondernemerschap gestimuleerd worden, zegt Jacco Vonhof, voorzitter van ondernemersorganisatie MKB-Nederland. De redactie van TrendBoutique sprak met hem over de aangekondigde kabinetsplannen voor 2024 en daarna, naar aanleiding van Prinsjesdag 2023.
“Het valt op zich mee”, zegt Vonhof op de vraag hoe de aangekondigde plannen zijn gevallen. “We maakten ons in de aanloop naar Prinsjesdag zorgen dat het kabinet de rekening van de plannen bij ondernemers zou neerleggen. We hebben in onze vele gesprekken met ministers en staatssecretarissen het nodige kunnen voorkomen. Toch zijn er wel een aantal wijzigingen aangekondigd die ondernemers raken en de Kamer heeft daar tijdens de algemene beschouwingen nog een schepje bovenop gedaan.” We lichten er een aantal uit.
Maatregelen om armoede te bestrijden
STIJGING MINIMUMLOON
Per 1 januari 2023 is het minimumloon al met 10,15 procent gestegen, gevolgd door 3,5 procent in juli (indexatie). Het kabinet voert per 1 januari 2024 een wettelijk minimumuurloon in, dat leidt tot een verdere stijging van 5 tot 11 procent, afhankelijk van de werkweek. Het minimumuurloon vervangt het minimummaand-, week- of dagloon. Dat is dus een forse kostenstijging voor werkgevers. De verhoging van het wettelijk minimumloon is een van de maatregelen die de regering neemt om armoede te bestrijden in Nederland.
Vonhof is niet overtuigd dat het verhogen van het minimumloon een goede oplossing is tegen armoede in Nederland. “Het is niet dat ik werknemers geen hoger loon gun, in tegendeel. Het is alleen niet de juiste maatregel om kwetsbare huishoudens te helpen, omdat zij er netto te weinig van overhouden. Het kabinet moet ervoor zorgen dat elke euro die er verdiend wordt ook doortikt in de portemonnee. De arbeidskosten moeten dus lager. Het verschil tussen het bruto- en nettoloon is nu te groot. Werkenden moeten meer geld overhouden van het brutosalaris. Werken en méér werken moet veel beter lonen.”
De hogere loonkosten beperken ondernemers. Er blijft minder geld over voor investeringen en innovatie. Voor sommige bedrijven is het bijna niet meer op te brengen: ze hebben soms nog coronaschulden, hebben al veel kostenstijgingen voor kiezen gekregen en tegelijk stagneert de economie.”
Hij gaat verder en legt uit waarom ondernemers een deel van de oplossing zijn voor veel problemen in Nederland. “Nederland is per saldo een heel gezond, welvarend en rijk land, en dat komt voor een belangrijk deel vanwege het ondernemerschap. De verdiencapacitieit van ons land, dat moet van ondernemers komen. Daar wordt het geld verdiend dat nodig is voor alles wat we als samenleving zo belangrijk vinden: zorg, onderwijs, de sociale agenda.”
Verhoging in de inkomstenbelastingensfeer
De MKB-winstvrijstelling gaat omlaag. In 2023 is de vrijstelling nog 14 procent van de winst. Vanaf 2024 gaat dit percentage omlaag naar 12,7 procent. Dat betekent dat er meer inkomstenbelasting zal moeten worden betaald bij meer winst. Hoe meer winst je maakt, des te meer je zult merken van deze wijziging.
Vonhof: “De verlaging van de MKB-winstvrijstelling is voor veel ondernemers teleurstellend. Alle kosten – voor energie, grondstoffen, lonen, huren – stapelen zich al tijden op, onder andere als gevolg van de oorlog in Oekraïne. Ondernemers kunnen dat niet of nauwelijks doorberekenen. De winstgevendheid in het mkb komt hierdoor verder onder druk. Uit onderzoek van accountantsorganisatie SRA blijkt dat de winst en het investeringsvermogen vorig jaar al historisch laag waren. Voor het eerst in jaren waren er bovendien meer bedrijven die hun winst zagen afnemen (53,3 procent) dan bedrijven waarvan de winst gelijk bleef of steeg. Dat zijn zorgelijke cijfers.”
Nederland is per saldo een heel gezond, welvarend en rijk land, en dat komt voor een belangrijk deel vanwege het ondernemerschap
Nieuwe subsidie voor klimaatbestending ondernemen
Subsidieregeling Emissieloze Bedrijfsauto’s (SEBA). Bij het gebruiken van de subsidie ontvangt de ondernemer 12 procent van de aanschafprijs. Er zit wel een maximum van 5000 euro aan. Wees er wel op tijd bij, want dit jaar was het budget in augustus al op door de vele aanvragen.
Ondernemers willen investeren in verdere verduurzaming maar dat vraagt wel om consistent en helder beleid en goede regelingen om dat te stimuleren, zegt Vonhof. De regelingen moeten goed doordacht zijn. Ondernemers moeten erop kunnen vertrouwen dat als zij een klimaatbewuste investering doen, het ook een goede investering is, stelt Vonhof. “Als je wilt dat ondernemers van het gas af gaan in hun productieproces of vervoer, dan moet dat wel echt praktisch mogelijk zijn. Dat is nu een van de struikelblokken. Soms kunnen ondernemers geen elektriciteitsaansluiting krijgen, en ook de laadinfrastructuur is nog een groot probleem.”
Ook moet het zo zijn dat duurzame investeringen zin hebben op de langere termijn, onderstreept Vonhof nogmaals. Te vaak ziet hij dat de spelregels tussentijds veranderen als het gaat om groen beleid. “Daar kunnen ondernemers niks mee. Het mag niet zo zijn dat je in een stad alleen welkom bent met een elektrische auto, er vervolgens een aanschaft om er dan achter te komen dat je voortaan een vrachtwagenrijbewijs nodig hebt om in de elektrische auto te rijden, vanwege het soort accu van de auto. Als je ondernemers wil stimuleren dan moet je beleid uitzetten dat je consequent kunt volhouden. Als al dit soort zaken onzeker zijn, komen ze niet in actie.”
Uitdagingen op de arbeidsmarkt
De krapte op de arbeidsmarkt kan een echte belemmering zijn om verder te groeien als onderneming. Vonhof ziet dat terug in de praktijk. “Er zijn ondernemers die mede om deze reden stoppen omdat ze het niet meer voor elkaar krijgen. Of we horen dat een winkel of kroeg op bepaalde dagen dicht gaat, bijvoorbeeld. Dat gaat ten koste van het verdienvermogen van die ondernemers.”
Het demissionaire kabinet gaat door met de uitwerking van eerder aangekondigd beleid om werkenden meer zekerheid te bieden en om de werkgelegenheid te stimuleren.
MINDER TIJDELIJKE CONTRACTEN
De regels voor het aanbieden van tijdelijke contracten worden strenger. Op dit moment mag je binnen 3 jaar 2 keer een tijdelijk contract verlengen. Daarna moet je 6 maanden wachten. Deze wachttijd wordt verlengd naar 5 jaar. Deze wijziging moet ondernemers stimuleren om sneller vaste contracten aan te bieden zodat werken aantrekkelijker wordt.
NIEUWE GROEPEN AANTREKKEN
Vonhof stimuleert ondernemers niet alleen om meer zekerheid aan te bieden aan werkenden, ook raadt hij ondernemers aan om op deze krappe arbeidsmarkt eens te kijken naar andere groepen werkzoekenden en zo nodig ook anders te werven of functies anders in te vullen. “Kijk eens vaker naar 55-plussers of kijk bij mensen met een beperking bijvoorbeeld niet naar wat ze niet kunnen, maar naar wat ze wel kunnen.” Volgens hem heeft het kabinet ook een rol om te zorgen dat nieuwe Nederlanders sneller aan het werk kunnen.”
Kijk in deze krappe arbeidsmarkt eens vaker naar andere groepen werkzoekenden, zoals 55-plussers of nieuwe Nederlanders’
MINDER REGELGEVING BIJ AANNEMEN
De regels om mensen aan te nemen moeten makkelijker worden, zegt Vonhof. De complexe regelgeving rond het aannemen van personeel is volgens Vonhof een belangrijke oorzaak dat er zoveel ondernemers zijn die liever collega-zzp’ers inhuren. “Het aandeel van bedrijven mét medewerkers neemt momenteel af. Dat is zeker niet een goede ontwikkeling op de langere termijn. Het aannemen van de eerste, tweede, derde werknemer zou simpeler gemaakt moeten worden. Veel regels in dit land worden gemaakt met het grootbedrijf op het netvlies, waardoor het voor kleinere bedrijven moeilijker is om eraan te voldoen. Vergeet niet dat het MKB nog altijd de grootste werkgever is in Nederland, de plek waar de meeste mensen terecht komen. Daarom is het belangrijk regelgeving passend te maken voor het midden- en kleinbedrijf.”
Blijf kansen pakken
Vonhof spreekt zijn steun en aanmoediging voor ondernemers graag uit. Hij komt vaak pas in de media als iets niét goed gaat, als hij iets moet bevechten. Terwijl hij juist ook graag praat over de positieve kanten van het ondernemerschap. “Ondernemen is harstikke leuk. Ondernemers zijn ongelooflijke positieve mensen en hebben de kracht en de ideeën om dingen te veranderen, zij zijn bezig met de toekomst. Daar vertel ik graag over. Veel ondernemers zien kansen en pakken die. Blijf dat doen!”
Ondernemers zijn ongelooflijke positieve mensen; ze zien kansen en pakken die. Blijf dat doen!